Onderdeel van onze MAGISCHE ZES
Er zijn eigenlijk ZES opera’s gebaseerd op de beroemdste opera aller tijden, De Zauberflöte!
Maak er een MAGISCHE CYCLUS van!
Elk stuk wordt afzonderlijk gepresenteerd (klik!)
Samenvatting van de aspecten gepresenteerd op ÉÉN website:
Omslag van de pianopartituur
Sarastro – Goethes Zauberflöte gecomponeerd door Liszts leerling Goepfart
Karl Eduard Goepfart (* 8 maart 1859 in Mönchenholzhausen bij Erfurt; † 30 januari 1942 in Weimar) was een Duitse musicus, componist en dirigent.
Gottfried Stommel verwerkte grote delen van het fragment Die Zauberflöte, Part II van Johann Wolfgang von Goethe in zijn libretto. De plot volgt aanvankelijk de door Goethe geschetste lijnen, maar wijkt hiervan af tegen het einde van de tweede akte en bereikt uiteindelijk een onverwachte ontknoping.
Eerste akte
Pamina en Tamino zijn de ouders van een zoon. De priesters wachten op de terugkeer van een pelgrim die een “wereldreis” heeft gemaakt. Een nieuwe pelgrim wordt door het lot aangewezen. Het lot valt op Sarastro, die ondanks de bezwaren van de priesters op pelgrimstocht gaat.
Monostatos meldt aan de Koningin van de Nacht dat hij het kind van Tamino en Pamina in een onopenbare gouden kist heeft opgesloten en dat hij op het punt staat te sterven. Op advies van Sarastro beweegt de kist constant om het kind in leven te houden. Papageno en Papagena ontvangen gouden eieren van Sarastro, waaruit hun kinderen komen, waaronder Aurora, een dochter van 15 jaar oud. Dit wordt uitgebeeld in een ballet (getiteld “Eierendans”).
Pamina is van plan de gouden kist in een mausoleum aan de zonnegoden te wijden. Tijdens zijn pelgrimstocht ontmoet Sarastro de Koningin van de Nacht, die hij niet herkent. Aanvankelijk weet hij haar in een lang gesprek te overtuigen van de leringen van de “ingewijden”, maar zij staat erop dat Sarastro moet sterven. In ruil daarvoor onderhandelt Sarastro over het leven van het gevangen kind en ontvangt hij een giftig kruid van de Koningin van de Nacht om zichzelf te vergiftigen.
Derde Akte
Aurora bevrijdt het gevangen kind uit de gouden kist met behulp van Papageno’s klokkenspel. Het kind, opgegroeid in de gouden kist, krijgt de naam Phoebus en wil zich met Aurora verenigen in aseksuele, spirituele liefde. Er volgt een ballet (getiteld “Festival van de Volle Maan”), met komische scènes tussen dronken bosbewoners en mythische wezens.
De bruiloft van Phoebus en Aurora wordt gevierd in Tamino’s paleis, terwijl de begrafenisstoet voor Sarastro binnenkomt. De Koningin van de Nacht verschijnt en triomfeert aanvankelijk, maar beseft dan haar waanvoorstellingen en smeekt om vergeving. Ze sterft op de katafalk, maar stijgt op naar de hemel met Sarastro, een gezuiverde vrouw.
